Doe de bloem, het zout en de koude boterblokjes in een kom en wrijf tot het mengsel op broodkruimels lijkt.
Voeg de suiker en het hele ei toe en kneed snel tot een samenhangend deegbal.
Verdeel het deeg in twee porties en laat het minstens een uur rusten in de koelkast.
Schil de appels, verwijder het klokhuis en snijd ze in dunne partjes of blokjes.
Besprenkel de appels met citroensap en meng ze met bruine suiker, kaneel en rozijnen.
Rol het grootste stuk deeg uit en bekleed de ingevette taartvorm.
Schep het appel mengsel in de taartvorm en druk het een beetje aan.
Rol het tweede stuk deeg uit en bedek de taart met een deksel of een raster van deeg.
Bestrijk het deeg met het losgeklopte ei en bestrooi met basterdsuiker.
Bak de taart 50-60 minuten in een voorverwarmde oven op 180°C totdat de bovenkant goudbruin is.
Notities
Laat de taart volledig afkoelen op een rooster om een zompige bodem te voorkomen. Bewaar de taart bij kamertemperatuur, afgedekt, en hij blijft 2-3 dagen goed. Voor langere bewaring kun je de taart invriezen, ze blijft tot 2 maanden goed. Probeer variaties zoals het toevoegen van walnoten aan de vulling of serveren met vanille-ijs voor een extra traktatie.