Schil de appels en snijd ze in kleine blokjes. Bak ze in een koekenpan met een beetje boter tot ze zacht zijn. Voeg de kaneel toe en zet opzij.

Smelt de suiker op laag vuur in een pan tot het een goudkleurige karamel wordt. Voeg de boter toe en roer tot het volledig is opgenomen. Voeg vervolgens de slagroom toe en laat een paar minuten sudderen.

Klop in een kom de eieren luchtig. Meng voorzichtig het karamelmengsel door de eieren.

Leg een laag lange vingers op de bodem van een cakevorm. Voeg een laag appels toe en giet een deel van het karamelmengsel eroverheen.

Herhaal dit proces, afwisselend met lagen lange vingers, appels en karamel, tot alle ingrediënten op zijn. Eindig met een laag karamel.

Zet de bûche minimaal 4 uur in de koelkast, of laat het een nacht opstijven voor het beste resultaat.

Haal voorzichtig uit de vorm en serveer koud, eventueel versierd met dunne plakjes appel en een extra drizzle karamel.