500gGrote rauwe garnalen (gepeld met staart eraan)
4eetlepelsOlijfolie
2eetlepelsBoter
4tenenKnoflook (fijngehakt of geperst)
4eetlepelsVerse platte peterselie (fijngehakt)
1stukSchil van 1 gele citroen en 1 groene citroen
1/2citroenSap van ½ citroen
1/2theelepelCayennepeper (of meer naar smaak)
1snufjeZout
1snufjePeper
1eetlepelPaneermeel (optioneel)voor een licht krokant laagje
1aantalFrisse baguette om te serveren
Instructies
Begin met het schoonmaken van de garnalen. Pel ze, maar laat de staart eraan voor een mooi plaatje. Droog ze goed af met keukenpapier.
Meng in een grote kom de garnalen met olijfolie, knoflook, peterselie, citroenschil, citroensap, cayennepeper, zout en peper. Voeg eventueel paneermeel toe.
Verhit een grote koekenpan op middelhoog vuur met een mengsel van boter en een scheutje olijfolie. Voeg de garnalen toe en bak ze ongeveer 2 tot 3 minuten per kant, totdat ze roze en licht goudbruin zijn.
Notities
Gebruik altijd verse citroen in plaats van sap uit de fles voor de beste smaak. Maak de garnalen niet te ver van tevoren klaar, want ze drogen snel uit. Voeg pas op het laatst extra citroensap toe om de frisheid te behouden. Bewaar ongebruikte, gekookte garnalen in een afgesloten container in de koelkast, waar ze maximaal 1 dag goed blijven. Invriezen kan zonder saus, ontdooi ze een nacht voor gebruik in de koelkast.